OMZIEN 40 jaar Nederlandse Kring Van Beeldhouwers Sector Dordrecht Dordts Museum

In 1981 en het Dordts Museum toont werken van een twaalftal beeldhouwers, die lid zijn van de sector Dordrecht. Drie jaar eerder hebben zij deze afdeling opgericht binnen de landelijke kring.
Alle plaatsen die behoren tot het telefoondistrict Dordrecht vallen onder de sector.
De sector wil de belangstelling voor hedendaagse beeldhouwkunst stimuleren en organiseert kleine presentaties in musea en in de buitenlucht.

Je staat er niet zo bij stil, maar beeldhouwkunst is een vrij jonge kunstrichting in Nederland.
Na 1850 kwamen er werkplaatsen en ateliers, die vooral decoratie van kerken leverden.
De vraag naar standbeelden van beroemde personen kwam pas op na 1900. De beeldhouwkunst kreeg na de tweede wereldoorlog veel opdrachten voor monumentale gedenktekens. Het vrije werk kwam pas langzaam op gang.
Pas de laatste 50 jaar kwam er meer vrijheid voor de kunstenaars om te gaan experimenteren met beeldmiddelen, materiaal- en kleurgebruik en de relatie met de ruimtelijke omgeving.
De Dordtse groep maakt zeer uitlopend werk. De leden zijn behoorlijk oud, al is dat niet aan het werk te zien.

Lucien den Arend (1943) bedenkt zijn beelden met  zelf opgelegde wiskundige regels. In veel dorpen en steden zijn beelden van hem te vinden. Daarnaast heeft hij tal van werken gerealiseerd die we scharen onder de noemer Land Art, omdat ze bestaan uit ingrepen in het landschap.

INSEC 1986

Jan Asjes van Dijk (1933) maakte vooral beelden die geinspireerd waren door het plantenrijk:
zaadbollen, peulen, zwammen , etc  in vergrote vorm  combineert hij in zijn beelden met messing platen of buizen. De laatste jaren maakt hij houten beelden, veelal madonna's.

De kunstenaar geeft uitleg over zijn Madonna's 2,3,4,5
gemaakt in 2016 -2018.

Maria Glandorf (1952) heeft de mensvorm als basis. Ze werkt dus in de klassieke traditie, maar door haar materiaalgebruik (in de ontwerpfase, de beelden zijn altijd in brons)  en de behoefte om de krachten achter een beweging uit te drukken, is haar werk tijdloos.

Achterste beeld is Ruiter 1981.

Jan Timmer (1935) hakt beelden uit harde en zachte steensoorten. Hij respecteert de eigenschappen van de steen en probeert het materiaal en de voorstelling tot een eenheid te brengen. Al is zijn werk soms figuratief, de abstractie heeft zijn voornaamste interesse. Ook hij heeft veel werken in opdracht gemaakt in binnen- en buitenland.

TARA 2015 en de kunstenaar zelf.

CYCLOOP 1980

Ewerdt Hilgemann (1938) beschouwt de natuur als een mede-scheppende kracht. Zo maakte hij in 1980 een ommezwaai van geometrische beelden en reliefs naar zwerfkeien. Hij zaagt deze in twee of drie delen en polijst de oeroude zaagkant. Daarna ontdekt hij de mogelijkheden van implosie: uit holle vormen, vooral kolommen, zuigt hij de lucht, waardoor de roestvrijstalen platen krom trekken.
De laatste tijd zet hij vergelijkbare vormen bij elkaar, waardoor de werking van de implosies nog beter te zien is. Zijn werken zijn in binnen- en buitenland te zien (Ook in vorige afleveringen van
Art op Zuid).