My Blog List

Friday, April 27, 2012

VAN ABBEMUSEUM & MU EINDHOVEN

SPIRITS OF UNVERSALISM 1956-1986 is een gezamenlijk project van het Van Abbe en het MUhka. Ze hebben een keuze gemaakt uit 6 museumcollecties in Europa. De grenzen zijn de inval van de Russen in Hongarije(1956) en de van van de Berlijnse muur(1986). Deze politieke gebeurtenissen markeren volgens de samenstellers een periode waarin de kunst anarchistische trekjes had. Helaas leverde dat niet veel topwerken op, wel (flauwe) humor, vooral door de invloed van FLuxus en van de performances.
PAUL DE VREE goot zijn protest in cartoonachtige werken.
JAMES LEE BRYARS legde zijn schaduw van de giant out of space op pleinen, festivals en musea.
Een Oost Europees collectief maakte installaties met een politieke boodschap. Dit is een kopie.
PANAMORENKO maakte vervoermiddelen die niet echt een alternatief voor de industrie vormden. In het MU is werk te zien dat speciaal voor deze expo is gemaakt. Seek Merry Hell is ontstaan door de hype die is ontstaan n.a.v. het aflopen van de Inca-kalender in 2012. 6 kunstenaars werd gevraagd te reflecteren op het vergaan van de aarde. Het levert niet alleen apocalyptische beelden op maar ook een beeld van een nieuw begin.
Tomorrow is Another Day. CAROLE LOUIS ziet het niet somber in. Er zullen overlevenden zijn en die zullen met het afval hun leven vorm en zin geven.
ROP VAN MIERLO maakte een animatie als herinnering aan het alledaagse.
ERWIN THOMASSE ziet schoonheid in de vulkanische zee die van de aarde overblijft.
WILL SWEENY, illustrator en animatiefilmer, baseert zich op Jeroen Bosch en toont in zijn overvolle tekeningen een soort Laatste Oordeel. Overigens is zijn site een bezoek zeer de moeite waard.

ART AMSTERDAM 2010


ANDREW MOORE

Claudia Rogge
Martin le Chevalier





De Zwitsers Alex (1968) en Felix(1969) zijn begonnen als makers van digitaal bewerkte foto's. Nu bouwen ze in de studio decors en zetten daar de vreemd uitgedoste personen op hun plaats. De felle kleuren en surrealistische settings doen de rest.

CHUCK CLOSE KUNSTHAL ROTTERDAM

Een echte lieveling van musea en verzamelaars: Chuck Close (1940, USA). Zijn immense portretten, gemaakt naar foto's en opgebouwd uit 'spiksels', die elk een klein stempeltje zijn. Een werk van hem wekt bewondering. Een hal vol slaat dood. Het werk wordt een trucje en de grote afmetingen doen denken aan de uitspraak: Als het werk niet veel voorstelt, maak het omvangrijk.
Een vroeg werk, waarmee hij bekend werd. Dit zelfportret werd het icoon van de stroming: fotorealisme.
Philip Glass. Dit portret hangt er in vele uitvoeringen.
Lucas. Met dit portret is hij aan het experimenteren gegaan, totdat de persoon niet meer te herkennen was.
De blikvanger, dit zelfportret, er zijn ook fragmenten te zien om de techniek te tonen.

Thursday, April 26, 2012

ZOET EN ZOUT in de KUNSTHAL ROTTERDAM

14 APRIL 2012 Een boek en een grote verzameling, gewijd aan Nederland en de rol van het water, keurig in hoofdstukjes opgedeeld en daarbij werken gezocht die min of meer aansluiten bij indeling. Het levert een zeer divers geheel op van oude en nieuwe kunst, hoog en laag, documentaire en fictie.
UITERWAARDE HAN SINGELS Terecht is deze foto gekozen voor de poster. Het verbindt naadloos de 17e-eeuwse schilderkunst van Ruysdael en consorten met de hedendaagse fotografie. Het vat de expo in een beeld en is alledaags en bijzonder door de compositie.
DE ZWEMMER CO WESTERIK. Water als recreatie is een van de thema's.
CONTAINERVAART ALLAN SEKULA.Water als vervoermiddel. Sekula vaart mee met vrachtschepen en maakt foto's en film tijdens de vaart.
ASAKO NAHARASHI bevaart rivieren over de hele wereld en maakt daar opnamen van met een camera die voor op zijn kano staat.
BILL VIOLA gebruikt vaak water (en vuur) in zijn video's. Door een gordijn van water zien we een wezen naderen. Eerst komen de handen door de watermuur heen, langzaam volgt de rest. De vrouw maakt een hulpeloos gebaar, haar gezicht drukt verdriet uit, langzaam trekt zij zich terug in de wereld achter het water, als een Euridyke die terug moet naar de onderwereld.
OOSTENDE De Vlaamse fotograaf CARL DE KEYZER zoekt de plaatsen op waar natuur en cultuur elkaar raken.
EVACUATIE ED VAN WIJK was als fotograaf aan het werk in Zeeland tijdens de watersnood van 1953. Deze foto werd een icoon dat de wereldpers hanteerde. De associatie met Maria en kind is gauw gemaakt, de pyramidevorm die de armen van de vrouw maken om het kind drukt veiligheid uit. Beeld en compositie versterken elkaar.
HELLEGATSPLEIN SIEBE SWART. Zeeland ligt nu veilig achter de dijken. BEROEMDE FOTOGRAFEN
CAMERPDUIN EMMY ANDRIESSE
RIENEKE DIJKSTRA
STEDELIJK MUSEUM GERALD VAN DER KAAP
Z.T. ELSPETH DIEDERIX
FLOW DIANE KWAAITAAL
VISSERSVROUWEN MAARTEN SCHETS
RUUD VAN EMPEL
NATURAL LIGHT WOUTER BERGER

Tuesday, April 24, 2012

JAN BEUTENER BUITEN BEELD KUNSTHAL ROTTERDAM

14 april 2012 De schilder Jan Beutener werd in 1932 in Maarssen geboren. Zijn doorbraak kwam toen hij onder de indruk van het werk van Rothko besloot zijn doeken strak te componeren waarbij de kleurvlakken een spel van aantrekken en afstoten moesten vormen. Hij baseert zich op de werkelijkheid, kiest aansprekende details, zoomt daarop in en schildert ze zo da thet voor ieder herkenbaar is en tegelijkertijd een abstract werk lijkt. De compositie en de kleur is belangrijker dan de voorstelling. In de jaren tachtig heeft hij veel aan theatervormgeving gedaan, o.a. samen met Annie M.G.Schmidt voor 8 musicals. Daarnaast is hij docent geweest aan de diverse academies en bestuurslid van allerlei kunstcommissies. Met 50 werken geeft de Kunsthal een perfect overzicht van zijn oeuvre.
AARDAPPELS1969, 135x110. Met dit werk brak hij door. De invloed van Rothko is te zien in de twee kleurvlakken.
FEESTTERREIN1969,80x100 Van het fesstterrein is weinig te zien. De achterkant van een aanplakbord en zeildoek om het terrein af te zetten. De hand die het linnen vastgrijpt, geeft een spanning aan het geheel. Het is alsof je een moment ziet van een gebeurtenis. Onwillekeurig ga je om het beeld een verhaal maken. Tegelijk is de compositie helder en rustig.
ACHTERNAMIDDAG1972,65x 80 Een strakke compositie waarin vanuit een hoog standpunt een plat dak te zien is met een open luik en een verlaten handdoek. De inhoud intrigeert: wie lag er hier te zonnen? Kijken wij door de ogen van iemand die vanuit zijn huis zicht heeft op dit dak? Een voyeur?
HEER VAN ACHTEREN GEZIEN1972,52x52 Weer een tweedeling, ook in perspectief. Vooraan de man en daarachter de deuropening. De heer lijkt te breed om door de deur heen te kunnen.
SCHUTTING1974,150 x 225 Het eerste werk dat ik van Beutener zag en het frappeerde me meteen. Een groot groen vlak en daaronder een smal grijsachtig vlak. Het onderste deel verliest het niet van het grote bovendeel, daarvoor vraagt het voldoende aandacht door de kleine voorwerpen die in de goot en op de stoep liggen.
TWILIGHT1975,101,5x82,5 Het licht is opmerkelijk, het verlicht het hout van de ramen, waarachter het al donker wordt. Ook hier weer veel zeggingskracht met weinig lijnen en kleuren.
IN BETWEEN1986,100x130. Hier zie je duidelijk hoe goed Beutener zijn details kiest(en zijn kleuren). Ieder herkent direct de situatie: een vergadering van hoge heren.
ROUGE1986,110x95 Beutener schildert regelmatig meubels, voornamelijk tafels en fauteuils. Natuurlijk vanwege hun vorm. Zijn rood is stralend, magnifiek, steekt scherp af tegen de groene achtergrond en wordt fijntjes becommentarieert door het witte zakdoekje, weggestopt in de naad..
HANGEND2005,150x135 De emmer is bijna een abstract vlak geworden, evenals de lichtgele achtergrond. De rode werkhandschoenen doorbreken de abstracte compositie en benadrukt die tegelijkertijd.
DAK2008,150x150. Vorm en voorstelling vallen hier samen. Het doek is een driehoek.

Wednesday, April 18, 2012

GEDROOMDE LANDSCHAPPEN in Van Gogh Museum Amsterdam

13 april 2012

Met landschappen heb ik weinig. Er zijn vele liefhebbers die de weergave van het landschap de ultieme schilderkunst vinden, ik niet dus. Het symbolisme spreekt mij wel aan, de dromerige beelden, het idee dat wat we zien meer is dan wat we objectief kunnen beschrijven. Dat de Symbolisten juist veel landschappen schilderden om zo bepaalde emoties op te roepen, zoals dat ook in muziek gebeurt, was nieuw voor me.
In het Van Gogh is nu een prachtige collectie bijeengebracht in een fantastisch mooie aankleding. De relatie schilderkunst en muziek is aanwezig in de vorm van koptelefoons waarop muziek is te horen van o.a. Satie en Sibelius. Sommige composities zijn zelfs geïnspireerd door de aanwezige werken.

De expo begint met Het Dodeneiland (1865) van ARNOLD BOCKLIN. Het eiland rijst als een kolossaal rotsblok op uit de oceaan. Een nietig bootje koerst op het eiland af. We zien in de rotsen uitgehouwen ruimtes, waar de doden hun rustplaats vinden. Achter de kist en voor de voerman staat een in wit geklede vrouw, de weduwe die haar man wegbrengt. Bocklin maakte dit werk voor een jonge weduwe. Het succes was zo groot, dat hij nog vier andere versies van het werk maakte. Ook vele andere gebruikte zijn voorstelling voor eigen werk.

Vloeiend Landschap noemde CHARLES GUILLOUX dit werk. Het is een voorbeeld van de vele werken die de stad in het vallend avond licht verbeelden.
Van de smog en de fabriekspijpen, de stank en de armoede, is niets te merken. De stad toont in dit licht zijn goede kant, een wezen dat zich te slapen legt. De kleuren zijn niet naturalistisch maar gekozen om de sfeer op te roepen, die vredig is met een bedreigend randje.

De samenstellers hebben hun keuze niet willen beperken tot de kunstenaars die vanzelfsprekend tot de symbolisten worden gerekend. Zelfs CLAUDE MONET zien zij met deze Hooiberg met ochtendsneeuw als een beeld dat bedoeld is om een bezield landschap te tonen. Of Monet dat echt wilde, is zeer de vraag. Hij schilderde een aantal keren hooibergen en onderzocht het effect van het licht in de diverse seizoenen, echt impressionistisch dus.

Dit Bedauwde Gaspeldoorn van JOHN EVERETT MILAIS laat duidelijk zien wat de symbolisten met een landschap doen. Heel fijn geschilderd met een scherp oog voor details trekt het de kijker het werk in waar hem een mysterieus landschap omringt waar het verlangen naar wat verder te vinden is, groot is.

Het meer Keitele is een beroemd werk van de schilder GALLEN KALLELA. Over het meer zien we 'sporen' van een boot, volgens de mythe werd de boot gevaren door een godheid die Finland redden zal. Er woedde een heftige oorlog tussen de Finnen en Russen.

JACEK MALZEWSKI reageert ook op die oorlog. De Stofstorm woedt over een akker met korenhalmen. Het beeld is in horizontalen opgezet. Deze opbouw wordt doorbroken door de storm waarin we een vrouw herkennen met aan haar rokken hangende kinderen. Zij is de beschermgodin van de Finnen die haar kinderen, de Finnen, door de ' storm' zal voeren naar vrediger tijden.

Visons Antique van
PIERRE PUVIS DE CHAVANNES toont een ander favoriet thema van de symbolisten: de antieke wereld. Daarbij gaan ook zij niet uit van de werkelijkheid maar ze gebruiken de antieke ruïnes en klassieke beelden die in de tweede helft van 19e eeuw op grote schaal werden opgegraven en gewaardeerd om het gevoel van de wereldziel uit te drukken die buiten de tijd staat en alleen te herkennen is voor wie er naar zoekt.
Op de achtergrond zien we een godin die een geknielde man beeldhouwbenodigheden schenkt, ter ere van de eerste Griekse beeldhouwer die we bij naam kennen.

LEON BAKST is vooral bekend om zijn werk voor het theater: kostuumontwerpen en decors. Dat is terug te zien in dit grote werk. Op de achtergrond word een stad bedreigd door een onweer. Het godenbeeld kijkt ons geruststellend aan.
AUGUST STRINDBERG is vooral bekend om zijn toneelstukken, maar hij was ook een voortreffelijk schilder.Wonderland noemde hij dit landschap en het kan niet anders of ieder die het ziet, wordt gevuld met verlangen, godsbesef of melancholie.

Melancholie EDVARD MUNCH toont zijn zwaarmoedig personage op een strand dat hij kende van zijn jeugdjaren. Alleen is het een verlaten kust geworden met sterk vervormde rotsen. De vertekening en de lijnen versterken het sombere gevoel dat dit werk oproept.

De expo eindigt met de abstracte landschappen van Kandinsky. Dan is er geen sprake meer van symbolisme, maar wel van synesthesie. De schilder geloofde dat kleuren en vormen op elkaar in werken als de akkoorden in muziek.